INHOUD

De visie van Enovacom

Of het nu gaat om preventie, diagnosestelling of bewaking van onze gezondheid, in een zorgstructuur of thuis: iedereen laat ooit wel eens zijn of haar vitale functies – bloeddruk, saturatie, pols, … – meten. De moderne medische apparaturen maken dit heel duidelijk. Ze worden geïntegreerd in onze smartphones en smartwatches en gaan deel uitmaken van ons dagelijks leven, buiten de gebruikelijke zorgschema’s.

Wij genereren steeds meer gezondheidsgegevens, en blijven dit ook doen. Enovacom zet in op een automatische vergaring van deze vitale parameters met als doel de gegevens op termijn ruimer te kunnen benutten.

Hierbij telt niet alleen de patiënt, maar ook het verzorgend personeel dat zijn levenskwaliteit op het werk wil verbeteren. Doordat de gegevens automatisch worden vastgelegd, kunnen de zorgverleners zich dus concentreren op de patiënt in het volste vertrouwen dat de verzamelde gegevens nauwkeurig en betrouwbaar zijn.

Maar hoe verloopt de koppeling van biomedische apparaten en patiëntdossiers? Er bestaan tal van communicatiebibliotheken die ontwikkeld zijn door de constructeurs van medische apparaten en evenveel interfaces die moeten worden ontwikkeld voor de uitgevers van professionele software.

Biomedische interoperabiliteit komt hier goed van pas. De koppeling en de voordelen die eruit voortvloeien, vereisen investeringen in een algemene interoperabiliteitsstrategie.

Door zich in de eerste plaats te concentreren op de uiteindelijke begunstigden, namelijk de beheerder van de informatiesystemen, de zorgverlener en de patiënt, kiest Enovacom dus voluit voor biomedische interoperabiliteit.

Tijdwinst, gegarandeerde traceerbaarheid van gegevens en verbetering van de levenskwaliteit op het werk zijn grote uitdagingen die wij vandaag met voorrang willen aanpakken voor een optimale medische behandeling van elke patiënt.

Wat is biomedische interoperabiliteit?

De term biomedische interoperabiliteit verwijst naar het algemene vermogen van een ziekenhuisinformatiesysteem om gegevens van medische apparaturen te verzamelen, te integreren en uit te wisselen.

Biomedische interoperabiliteit kan worden gedefinieerd volgens drie belangrijke pijlers:

  • Patiëntgegevens verzamelen en delen;
  • Betere betrouwbaarheid en traceerbaarheid van gezondheidsgegevens;
  • Gestandaardiseerde zorgverlening

Patiëntgegevens verzamelen en delen

Dit is het meest technische aspect. Het doel is een medisch apparatuur en een extern systeem, bijvoorbeeld een geïnformatiseerd zorgdossier, met elkaar te verbinden, rekening houdend met de taal ervan en met het respectieve communicatieprotocol.

In de praktijk worden de gegevens van het medisch apparatuur verzameld via de specifieke communicatiebibliotheken van elk toestel. Enovacom heeft ervoor gekozen het delen van deze vitale parameters te bevorderen door een gestandaardiseerd bericht in HL7-formaat ter beschikking te stellen.

Het initiatief “Integrating the Healthcare Enterprise” (IHE) voegt een extra niveau toe dat aanbevelingen doet voor het gebruik van het HL7-formaat, zodat alle actoren van de biomedische interoperabiliteit inzicht kunnen verwerven in de standaard en hem kunnen toepassen.

Wat is een bericht in HL7-formaat?

Message HL7 ORU Enovacom Patient Connect Interopérabilité biomédicale

Dit bericht bevat informatie over de identiteit van de patiënt en over zijn/haar bezoeken aan de gezondheidszorginstelling en vitale parameters.

Hier: Dhr. Test Patient, geboren op 15/02/1978, heeft een zuurstofsaturatie van 96%.

Betere betrouwbaarheid en traceerbaarheid van gezondheidsgegevens

Biomedische interoperabiliteit speelt een cruciale rol in de verbetering van de betrouwbaarheid en de traceerbaarheid van de medische gegevens.

  1. Integriteit van de patiëntgegevens: de informatie wordt op nauwkeurige en coherente wijze doorgegeven zonder wijzigingen in de loop van het traject. Dit is met name mogelijk door de toepassing van gemeenschappelijke standaarden en protocollen.

  2. Nauwkeurig beheer en interpretatie: de compatibiliteit van de verschillende systemen zorgt ervoor dat de gegevens beschikbaar zijn in de professionele software van de zorgverlener. Dit levert niet alleen tijdwinst op, maar bevordert ook een volledige interpretatie doordat alle gegevens centraal beschikbaar zijn. De kwaliteit van de diagnosestelling wordt verbeterd en medische beslissingen kunnen gemakkelijker worden genomen.

  3. Auditeerbaarheid en traceerbaarheid: interoperabiliteit in de wereld van de gezondheidszorg maakt het mogelijk medische informatie te traceren in elke fase van het traject. De gegevens kunnen worden geregistreerd met informatie over de herkomst, de datum, het uur en de wijziging, wat de traceerbaarheid en de auditeerbaarheid vergemakkelijkt. Dit is vandaag een grote uitdaging voor de ziekenhuizen, om redenen die te maken hebben met aansprakelijkheid, naleving van regelgeving (GPDR in Europa, HDS of hosting van gezondheidsgegevens, …) en zoeken naar eventuele fouten of gegevensmanipulatie.

  4. Identitovigilantie: sleutelfactor voor de veiligheid van patiënten in een gezondheidszorginstelling. De strategie van identitovigilantie bestaat uit het beheer en de controle van de identiteit van een persoon in elke fase van zijn/haar traject, om te garanderen dat de zorg die hij/zij krijgt effectief voor hem/haar bestemd is. Biomedische interoperabiliteit zorgt voor een precieze correlatie tussen de medische gegevens en de identiteit van de patiënt, en versterkt zo het vertrouwen in de nauwkeurigheid en de betrouwbaarheid van de informatie.

Gestandaardiseerde zorgverlening

Biomedische interoperabiliteit gaat veel verder dan de louter technische dimensie. Van cruciaal belang is de manier waarop de gegevens die door de verschillende medische apparaten worden geleverd, worden gebruikt. Hoe gaan gebruikers om met deze apparaten, en hoe complex zijn de systemen waarmee zij te maken krijgen?

Er is een grote heterogeniteit van medische apparaten en zorgdossiers. Het verdient dan ook stellig overweging om de werkwijzen te vereenvoudigen door een uniformisering, bij gebrek aan standaardisering. Het doel is de werkmethodes van de biomedische interoperabiliteit, vanuit het oogpunt van de gebruiker, onafhankelijk te maken van de medische apparaten en de zorgdossiers, zoals het geval is voor de gegevensstromen.

In deze context ontstonden twee grote categorieën van werkwijzen:

  • De eerste, Location Centric genoemd, baseert zich op een gemeenschappelijke kennis van de locatie van de patiënten en de medische apparaten door de verschillende systemen: de gegevens die door een medisch apparaat worden verstuurd vanuit een welbepaalde locatie worden automatisch gekoppeld aan het digitale dossier van de patiënt die gekend is op deze locatie.
    Het belangrijkste voordeel van deze zienswijze is dat de parameters kunnen worden opgeladen zonder dat de zorgverlener hiervoor een handeling moet stellen. De tijdwinst is maximaal.
    Anderzijds vereist deze oplossing een nauwgezette administratie en werkt deze methode alleen voor vaste medische apparatuur.

  • De tweede, Patient Centric genoemd, baseert zich op een logische koppeling tussen een patiënt en een medisch apparaat. Deze koppeling, die steunt op de biomedische interoperabiliteit, kan tot stand worden gebracht vanuit het medisch apparaat, het zorgdossier of een extern (agnostisch) systeem.
    Deze werkmethode heeft het voordeel dat de juiste gegevens altijd worden gekoppeld aan de juiste patiënt. Anderzijds is een handeling van de gebruiker nodig: de koppeling.

De interoperabiliteit van medische apparaten is er dus op gericht de gegevens afkomstig van medische apparaten te standaardiseren en door te geven aan de doelapplicatie. Doelstelling? Vlottere toegang tot patiëntgegevens door de processen stroomopwaarts te organiseren en zo de kwaliteit van de zorgverlening, de veiligheid van de patiënten en de medische besluitvorming te verbeteren.

Illustration Hôpital Nova de Jyväskylä réalisation interopérabilité biomédicale.

Het is duidelijk dat biomedische interoperabiliteit leidt tot een betere levenskwaliteit op het werk. Niet alleen vermindert het de mentale belasting die verband houdt met het overnemen van gegevens of met de veelheid van systemen die men moet leren kennen, maar tegelijk garandeert het dat de juiste gegevens altijd gekoppeld zijn aan de juiste patiënt.

Het belang van biomedische interoperabiliteit

Meervoudige sytemen

Biomedische interoperabiliteit centraliseert het beheer en de monitoring van de door deze systemen geproduceerde gegevens.

Complexe gegevens

Biomedische interoperabiliteit automatiseert het ophalen en delen van biomedische gegevens.

Betrouwbaarheid en veiligheid

Biomedische interoperabiliteit beheert de gegevens vanuit een systeem dat identitovigilantie garandeert.

Werkcomfort

Biomedische interoperabiliteit zorgt voor tijdwinst en vermindert de mentale belasting van de zorgverleners.

Toepassing van een strategie van biomedische interoperabiliteit

Het project voor interoperabiliteit van de biomedische apparatuur omvat verschillende cruciale stappen:

Op basis van deze eerste zienswijze van het totale project van biomedische interoperabiliteit wordt een projectbeheerplan opgesteld en wordt een gedetailleerde planning ingevoerd, met beheer van de bijhorende risico’s.

Tal van actoren moeten worden betrokken bij het projectbeheer: het zorgpersoneel, om de workflow af te stemmen op hun dagtaak, de directie van de informatiesystemen om te garanderen dat de biomedische interoperabiliteit past binnen de globale urbanisatiestrategie, en de biomedische ingenieurs om het beheer van hun biomedische apparatuur te ondersteunen.

Focus op de uitrolfase

Deze fase is cruciaal omdat ze volgt uit de grote lijnen van het project die stroomopwaarts zijn uitgezet. Afhankelijk van de projectperimeter, de functionele doelstellingen en de organisatie van het aanwezige zorgpersoneel zal Enovacom een specifiek uitrolplan kiezen dat is afgestemd op de behoeften van de gezondheidszorginstelling.

    1. Installatie van het platform voor biomedische interoperabiliteit

Het softwarebedrijf installeert zijn oplossing en stelt de technische parameters in :

  • installatie van de oplossing;
  • installatie van de plug-ins en van de extra hardware indien nodig;
  • instelling van de technische parameters van de verschillende aanwezige systemen om de juiste point-to-point communicatie te valideren.

Een aantal deliverables zorgt voor nauwkeurige tracering van de handelingen die in deze fasen worden gesteld: installatierapport, functioneel rapport en technisch rapport.

    2. Instelling van functionele parameters 

In deze fase worden de parameters van de oplossing verfijnd om te voldoen aan de verwachtingen van de zorgstructuur en zijn gebruikers:

  • instelling van de parameters van de medische apparatuur indien nodig;
  • invoering van een gebruiksworkflow (in het bijzonder op het vlak van identitovigilantie);
  • invoering van regels voor gegevensbeheer, bijvoorbeeld door bemonstering;
  • productie van gegevens en weergave in het digitale patiëntdossier;
  • end-to-end unittest.

De functionele en technische rapporten moeten worden bijgewerkt en gedeeld met de verschillende actoren voor een optimaal verloop van de verrichtingen.

    3. De acceptatiefase

De oplossing wordt toegepast in reële omstandigheden en een acceptatierapport wordt opgesteld om te garanderen alle verwachte functionaliteiten worden geleverd.

   4. Inproductiename en follow-up van het project

Indien de acceptatie wordt bevestigd, wordt de interface in productie genomen. Alle nieuwe functionaliteiten zijn dan beschikbaar voor de gebruikers. Beheerdersopleidingen worden gegeven. De projectleider draagt het project over aan onze technische support en geeft de instructies door aan de klant.